Prachtige, tweekleurige zoetwatervis die omwille van zijn vorm ook wel als zoetwater'haai' bestempeld wordt.

De Epalzeorhynchos bicolor, beter bekend als de Labeo bicolor, staat bekend om zijn uitgesproken territoriale gedrag. Het is dan ook sterk af te raden om slechts twee exemplaren samen te houden, omdat dit vrijwel zeker tot voortdurende gevechten leidt. Wie er toch meerdere wil houden, doet er goed aan om een grotere groep aan te schaffen – bij voorkeur zeven of meer, want hoe groter de groep, hoe meer de onderlinge agressie verdeeld wordt. Een enkel exemplaar in een aquarium kan doorgaans zonder problemen gehouden worden.

Deze vis houdt zich voornamelijk op in de onderste waterlagen, waar hij actief op zoek gaat naar voedsel. Af en toe zwemt hij ook naar de hogere waterlagen. Over het algemeen is de Labeo bicolor vreedzaam tegenover andere vissen, maar tegenover andere algeneters kan hij zich agressief gedragen. Het is daarom verstandig om hem samen te houden met vissen die zich vooral in het midden of aan het wateroppervlak ophouden.

In gevangenschap kan de Labeo bicolor een leeftijd bereiken van zo’n vijf tot acht jaar, mits hij in de juiste omstandigheden wordt gehouden. Oorspronkelijk is deze soort afkomstig uit Thailand, waar hij vooral voorkwam in de Mae Kong-rivier. In het wild leeft hij in het midden en op de bodem van beekjes en rivieren, waar hij schuilt tussen rotsen en planten. Deze natuurlijke omgeving biedt hem bescherming en rust.

Wat voeding betreft is de Labeo bicolor een echte alleseter. Hij eet onder andere muggenlarven, watervlooien en artemia. Het voeren van artemia bevordert de felrode kleur van zijn staart. Naast dierlijk voer mag plantaardig voedsel zeker niet ontbreken, en droogvoer kan als aanvulling dienen, zolang het maar naar de bodem zinkt waar de vis het kan vinden.

Voor het houden van deze vis is een aquarium van minstens één meter lengte aan te bevelen. De inrichting moet bestaan uit randbeplanting, een zandbodem of fijn substraat, en voldoende schuilmogelijkheden in de vorm van stenen, kienhout of kokosnoothelften. Ook vrije zwemruimte is belangrijk. Gedempte verlichting helpt om het dier minder schuw te maken, en enige stroming in het water wordt goed verdragen.

De ideale watertemperatuur ligt tussen de 20 en 26 graden Celsius. Een pH-waarde van 6 tot 7,5 en een GH tussen 8 en 16 zijn geschikt. In de natuur zijn vissen gewend aan schommelende temperaturen, maar langdurige blootstelling aan de uiterste waarden binnen dit bereik kan de levensverwachting negatief beïnvloeden.

De voortplanting van de Labeo bicolor verloopt in holen tussen rotsen. De eitjes komen na ongeveer 30 tot 60 uur uit, en de jongen beginnen vier dagen later vrij te zwemmen. De karakteristieke rode staartkleur verschijnt echter pas als de jonge visjes zeven tot tien weken oud zijn.